| We vragen Tom Tom een route naar Kelso.  Dat is geen probleem. Alleen vertrouwen wij er niet op dat de  gepresenteerde route overeenkomt met die uit mijn thuis opgestelde  routeboek. Dus maken we er Amboy van. Dat ziet er betrouwbaarder uit.               We rijden Wonder Valley in. Tja whats  in a name? Ongetwijfeld zullen er hier mensen wonen, die het hier  wonderlijk mooi vinden. Maar wij moeten er niet aan denken. Het is  hier gewoon woestijn. Her en der een struikje en verder veel zand.  Ook her en der een woning. Of noem je dat een schuurtje? Klein van  hout en armoedig. Alles verspreidt over een groot gebied. Daarentegen  passeren we wel een keurig verzorgd “Fire Station” en even later  zowel een kerk als een restaurant. Het is hier echt bloedheet. Wij  merken dat omdat we van tijd tot tijd stoppen om onze hobby uit te  voeren.               We slaan links af en verlaten daarmee  kennelijk de valley. Het landschap wordt nog armer hier. We komen  door een droog meer. Calcium Chloride wordt hier gewonnen. Het ligt  er kennelijk voor het opscheppen. Hoewel het bijzonder is om te zien  kunnen we geen viewpoint of iets dergelijks ontdekken. Even verderop  zien we de contouren van een oude vulkaan. Dan moet Amboy ook vlakbij  zijn. Onze aandacht wordt eerst getrokken door een trein die we  vanuit de verte zien komen aanrijden. We prikken de auto naast de weg  op een kennelijke p-plaats. Dan klikken onze camera’s. Prachtige  fotoshoot. Wij heel blij. Een paar medeweggebruikers mogelijk wat  minder. Want al die tijd dat wij foto’s nemen. We staan daarbij  naast de weg hoor! Staan zij beleefd te wachten zodat ze niet door  ons beeld hoeven te rijden. Kijk dat is nou beleefdheid die je alleen  op het platteland nog tegen komt. 
              Of je wel of niet over een geplaveide  weg bij de vulkaan kunt komen, vergeten we in de opwinding van het  moment uit te zoeken. Wel blijkt dat we na de passage van de spoorweg  overgang in Amboy zijn gearriveerd. Er is hier echt letterlijk niets  te doen. |