| 
      
        | 
          
          Vanmorgen staan we na een gebroken nacht al vroeg op. Ik heb  een kaakontsteking en daardoor erg slecht geslapen. Gonda heeft mij een paar  keer voorzien van Paracetamol. Maar ja de pijn blijft en mijn gezicht is aan  het zwellen. Ik moet daar straks wat voor regelen, want zonder medische zorg  gaat het niet meer lukken.  |  |  
          
            | Als ik buiten kom is de lucht helderblauw en de auto’s zijn  bevroren. Het is vannacht goed koud geweest. De dag van vandaag ziet er qua  weer veelbelovend uit. Wellicht hebben we nog een kans om het inmiddels berucht  nationale park te bezoeken.    Ons overigens voortreffelijke hotel heeft geen ontbijt  service. Dus voordat we eventueel op weg kunnen moeten we een aantal zaken  doen. Benzine tanken en ontbijt kopen om mee te beginnen.  Bij het plaatselijke benzinestation van Hot Sulphur Springs hebben  ze vandaag geen koffie en of broodjes. Verder hebben ze alleen premium benzine.  Buiten staan al een behoorlijk aantal autochtonen te wachten op de auto’s die  bevoorrading moeten brengen. Wij hebben nog wel wat benzine in voorraad en  voegen ons dus ook maar niet bij hen.  We besluiten naar Granby te rijden mede omdat we denken te  kunnen slagen voor een nieuwe voeding voor onze pc. Want op onze tegenslag dag  van gisteren bleek ook de voeding van de PC niet meer te werken. |  
          
            | In Granby komen we terecht bij een koffie schuurtje dat door  Jill Miles een uiterst vriendelijke dame van middelbare leeftijd wordt gerund. We kopen  koffie en Bagels. Al gauw komt het gesprek op de tandarts, de voeding voor de  computer en het Rocky Mountain National Park. Tussen haar drukke business van  ontbijt verkopen door, belt ze voor ons met het nationale park om te informeren  of de weg die wij willen gaan open of gesloten is. Ondanks dat zij daar  optimistisch over is, moet zij ons teleurstellen. Ook vandaag zijn alleen de  eerste 18 mile  open. Zij belt een computerbedrijf, maar ook daar vangt zij bot. Ze oppert nog  een paar alternatieven, maar die zijn allemaal in Frazier. Ondertussen  bestudeert ze mijn gezicht en raadt zij mij dringend aan de tandarts twee  blokken verder te bezoeken. Mijn veronderstelling dat die tandarts wel niet  zomaar tijd voor mij zal hebben, wuift ze weg. Bij de tandarts aangekomen, blijkt hij binnen het uur tijd  voor mij te hebben. Wij rijden nog wat rond in Granby naar wat winkels waar we  mogelijk zouden kunnen slagen voor de voeding van de PC. Allemaal zonder resultaat.  |  
          
            | Twee dames van de plaatselijke kantoorboekhandel suggereren dat ik de meeste  kans van slagen heb bij de “radioshack” in Frazier.  Bij de tandarts wordt na het door mij invullen van een  aantal formulieren een röntgen foto van mijn kaak gemaakt. De tandarts  constateert een ontsteking aan een van mijn tanden. De remedies zijn trekken van  de tand en of een wortelkanaalbehandeling. Voor een wortelkanaalbehandeling  moet ik eventueel over een week terug komen en trekken van tanden daar ben ik  zelf niet zo voor. Ik heb al niet meer zoveel tanden. De derde optie die wordt  gesuggereerd is, omdat ik over een paar weken toch naar huis ga, om de  ontsteking met antibiotica te bestrijden. Er wordt voor het laatste gekozen.  |  |  
          
            | Het recept voor de antibiotica bellen ze door naar de  apotheek 10 mijl  verderop. Deze apotheek is gevestigd in de plaatselijke citymarket. In een grote  hoek van deze best grote voedselwinkel is zowel de apotheek als de drogisterij  gevestigd. Het is niet druk. De apotheker vertrouwd mij toe dat het erg  krachtige antibiotica is. Hij vermoedt dat het zeker zal helpen. Mij zijn ook  nog pijnstillers van het merk Vicodin voorgeschreven. Ik hoop die laatste  medicijnen niet nodig te hebben. Ik moet direct starten met de kuur. Gelukkig  slaan de medicijnen in die zin aan dat de pijn sterk verminderd is. Ik zie er nog  steeds niet uit, het rechterdeel van mijn gezicht is erg dik. Maar na een  uurtje of twee voel ik al wel verbetering. Laten we hopen dat ik het onder  controle krijg. |  
          
            | À propos, bij het ontbijt in het koffie schuurtje kregen we  bericht dat er in de kloof van Hot Sulphur Springs naar Kremmling twee  tankauto’s met benzine zijn verongelukt. Waarschijnlijk is dat ook de reden  waarom het plaatselijke benzinestation geen voorraad heeft. Voor ons betekent  het dat we onze plannen verder moeten bijstellen. We kunnen dus echt niet door  de kloof. Later vandaag zo tegen vijven bleek de kloof nog versperd. |  
          
            | We hoeven  ook niet naar Rocky Mountain National Park. Na ons bezoek aan de tandarts en  apotheek is het inmiddels ook al weer 12.00 uur geworden. Wij zijn inmiddels in  Fraser bij de “radioshack”. De winkelbediende begrijpt het probleem en verkoopt  ons een nieuw snoertje voor $5. Daarna werkt de PC ook weer.  Wij besluiten de weg van Granby naar de I-70 te nemen en dan  van af daar de origineel geplande route weer op te nemen. We rijden dus vandaag dezelfde pasweg terug die we gisteren  aan het einde van de dag genomen hebben om in Hot Sulphur Springs te komen. Het  is overigens een prachtige bergweg met haarspeldbochten en steile hellingen.  Vandaag genieten we meer van de ons getoonde landschappelijke schoonheid dan  gisteren. Gelukkig maar want het is hier echt mooi. |  
          
            | De I-70 westwaarts waarover we vervolgens gaan heeft twee  kenmerken. De weg is geheel in onderhoud en de weg voert door prachtig  berglandschap. Het is een grote vierbaansweg die door echt bergachtig terrein  voert. Er zijn diverse behoorlijke hellingen te nemen. Je mag hier normaal  stevig doorrijden. Door de wegwerkzaamheden lukt dat vandaag wat minder. De  I-70 vanaf Denver naar het westen is overigens echt een aan te bevelen weg. We  hebben in 2005 een lang stuk over deze weg gereden dwars door Utah. Je rijdt  dan door een echt waanzinnig landschap. Overal zijn viewpoints aangelegd. Echt  super. Vandaag hoeven we niet zo ver over de I-70. Zouden we zonder alle eerder  beschreven problemen onze geplande route hebben kunnen volgen, dan zouden we  via Kremmling en weg Colorado 9 iets westelijker op de I-70 zijn uitgekomen dan  nu. |  
          
            | Als we de weg afdraaien richting Leadville gaan we eerst  lunchen in Minturn. Dit is een klein dorpje met mooi verzorgde huizen. Het  dorpje leeft van het toerisme. Je kunt hier Quads en Jeeps huren, terwijl er  voor de winterperiode ski en dergelijke te huur zijn. We vinden het restaurant  Roundhouse. Dit blijkt een oude ronde locomotief loods van de Rio Grande Rail Road  te zijn. Los van het feit dat het voedsel prima is, hebben we ook veel pret met  alle spoorweg elementen. Er rijdt zelfs een modelspoortrein door de zaak. Bij  het afrekenen koop ik ook nog een T shirt met spoorweg motieven.   De US24  heeft het predikaat “Over the top of the Rockies”.  Het is een weg die zich om hoog en omlaag kronkelt door prachtig  landschap. We komen langs een voormalig opleidingskamp van de 10e mountain division van de US army. Volgens de tekst op de gedenkplaat bij het  monument zijn hier in de 2e wereldoorlog tienduizenden militairen  opgeleid. |  
          
            | Leadville blijkt verrassend een echt stadje met steedse  gebouwen. Echte winkelstraten met aan weerszijden typische Amerikaanse  stedelijke gebouwen met plat dak uit de periode van voor de laatste wereldoorlog.  Het sneeuwt inmiddels dat het een lieve lust is. Bij het verlaten van Leadville  zien we nog wat resten van de mijnindustrie waaraan het stadje haar bestaan  dankt. We gaan naar Twin Lakes. Om vandaar over weg 82 via de Independence Pass  naar Aspen te gaan. Tot zover gaat het met Tom Tom goed. Als ik een bord zie  waar Aspen op staat aangegeven, stel ik hem opnieuw in maar nu dan naar  GLenwood Springs. Glenwood Springs is onze eindbestemming voor vandaag en is  aan de I-70 gelegen. Tom Tom gaat volledig over de rooie ik moet wel 20 mile lang luisteren naar  commando’s die mij bevelen om te draaien, voordat er geaccepteerd wordt dat we  wel over de Independence Pass willen. Ik heb alle instellingen geprobeerd. Voor  deze situaties moeten ze bij TT toch eens een nieuwe oplossing bedenken.  |  
          
            | De 82 is een niet al te brede passweg die al slingerend naar  grote hoogte voert. 3694   meter om precies te zijn. Onderweg naar boven wordt het  steeds grimmiger. Het ijs hangt in grote pieken aan de rotsen. Boven op de pass  sneeuwt het alsof het midden in de winter is. Er liggen in ieder geval dikke  pakken sneeuw. Het is er smerig koud.  |  
          
            | We stoppen boven op de pass. Er staan nog wel een paar  andere auto’s. Alle voertuigen hebben een witte besneeuwde neus. Mensen stappen  uit om even in de sneeuw te stappen. Er wordt gelachen en gehuiverd. Bij een  bord waarop de passhoogte vermeld staat en waarop bovendien te lezen is dat je  hier weer bij de continentale waterscheiding bent, moeten wij voor een geo-cache  een foto maken. Terwijl we zo met de winterpret bezig zijn breekt plotseling de  zon door. Dat is spectaculair zeg! Dat felle licht op die witte wereld. Het  doet bijna zeer aan de ogen. De afdaling is ook heel spectaculair de zon wint het  inmiddels van de wolken. Voor het eerst kunnen we nu de ons omringende bergen  in hun volle pracht zien. Wat is Colorado toch een prachtig gebied. Echt een  soort Zwitserland. Je hebt hier niet alleen grote hoogte zoals in Wyoming maar  ook echt gebergte. Heel boeiend. |  
          
            | Halverwege de afdaling stoppen we op een klein  parkeerplaatsje bij een riviertje. Volgens de door mij thuis opgestelde lijst  moet hier een cache verstopt liggen. We wandelen langs de voor ons linker oever  van het water naar een verderop gelegen waterval. We genieten van het mooie  beeld dat de waterval ons vertoont. De cache lijkt aan de overkant van de  rivier te liggen. In ieder geval kunnen wij hier niet verder. We lopen terug  naar de parkeerplek en gaan daar via een houten bruggetje naar de overkant. Het  pad dat we willen volgen ligt her en der nog onder flinke pakken sneeuw. Het  wordt nog een hele klauterpartij met als eindconclusie dat die cache toch aan  de andere oever ligt. Alleen dan daar waar wij niet meer kunnen komen. Jammer  wel, maar we zijn nu toch al weer een uurtje in de zon in een prachtig stukje  natuur aan het wandelen. Dat is winst. De kaakpijn is inmiddels ook drastisch  afgenomen. |  
          
            | Via Aspen rijden we naar Glenwood Springs. Aspen is te  vergelijken met plaatsen als Sankt Moritz. Het is er ook dienovereenkomstig  druk. We rijden in file. Het is natuurlijk ook wel avondspits. Wij vinden Aspen  niet zo boeiend. Thuis heb ik andere verwachtingen van deze plaats gehad. Ik  ben vandaag niet zo in de stemming om naar etalages van dure winkels te kijken  en of om me af te vragen hoe iemand met geld een dergelijke lelijke Porsche kan  kopen. Het lijkt mij hier alleen leuk als je rondloopt met een “dikke  boerentiet met geld”. Glenwood Springs wordt door de I-70 in tweeën gedeeld. Het is  een charmant plaatsje. Er zijn hier ook volop winkels. Zelfs een mooi park aan  de spoorlijn is aanwezig. Door de eerder beschreven persoonlijke ellende komen  we er niet toe om in het park op de trein te gaan zitten wachten. Hopelijk gaat  het morgen weer beter. We kunnen dan altijd nog zien.   Ons Hotel is van de betere soort. We hebben hier een prachtige  kamer en ondervinden goede service. We kunnen eindelijk onze ansichtkaarten  posten.   De plaats ontleent haar naam aan een heet water bron.  Volgens insiders is dit een van de grootste van Noord Amerika. Wij brengen het  echter vandaag niet meer op deze bron te bezoeken. |  |