Christina Lake - Oyama

De zon maakt ons wakker. Het is ook al gelijk lekker warm. Buiten het ontbijt genoten. Het is hier echt lekker weer. Nadat we nog even langs het lake hebben gelopen, vertrekken we richting Grand Forks. Je bent hier vlak bij de 49e breedtegraad en dus vlak bij de grens met de USA. Gek genoeg vinden we dat extra sjeu geven aan het rijden hier. En ja hoor borden verwijzen naar de US-border en Spokane in Washington. Even, heel even kijken we elkaar aan en zeggen zullen we toch? Op de kaart hebben we gezien dat je ook via de US naar Osoyoos kunt. Praktisch is dit niet, het is een eind om en je moet aan de grens een soort toelatingsbewijs kopen. Bovendien mogen allerlei artikelen niet de grens overgebracht worden. Onze koelkast zit vol met b.v. fruit! Ga je de grens over dan is het eigenlijk alleen om thuis te kunnen zeggen van “We zijn ook nog in de US geweest”. Dikke kans dat niemand dat verder interessant vind. Wij blijven dus verstanding. Het landschap in deze omgeving bestaat uit prachtige Duitse bergen en veel kleine meertjes. Bij een van die meertjes stoppen wij. Een wat ouder echtpaar is bezig een bootje vanaf een trailer te water te laten. Bij navraag blijkt het meertje vol met forel te zitten. Het is dat de bomen al behoorlijk blad aan het verliezen zijn, anders zou je denken dat het hoogzomer is.

Nadat we verder gereden zijn langs Kettle Valley, wordt het landschap steeds minder groen en minder sterk begroeid. Het lijkt wel wat mediterraan. Of mogelijk beter het begint een beetje de kenmerken te krijgen van b.v. de “Mojave” woestijn. Net nog alles met groene dennen, nu alleen laag dor struikgewas. We komen bij “Anarchist Point” en hebben vanaf het viewpoint een prentbriefkaart uitzicht over Osoyoos met bijbehorend meer. Op de informatieborden staat, dat dit gebied tot ongeveer Lillooet de noordelijke begrenzing van de Noord Amerikaanse woestijngordel vormt. Tja, wat is een woestijn? Het hoeft dus niet alleen zand te zijn. Osoyoos ligt hiervandaan gezien tussen twee meren ingeklemd. In werkelijkheid ligt het langs de oevers van het naar haar genoemde meer en verbindt een brug in het centrum beide delen. Lake Osoyoos is in feite de Okanagan River. Naast zomervakantiecentrum met stranden en promenades en een fraaie winkelstraat is de plaats de zuidelijke toegang tot de Okanagan Valley. Deze vallei is het Betuwe van Canada. Zo ver het oog reikt fruitbomen. Dat wil zeggen strikt in het dal, zodra de grond stijgt is het over. Waarom de fruitbomen niet op de hellingen groeien heeft misschien iets te maken met die woestijn-zone waarover die borden het hebben. De afdaling van Anarchist point naar Osoyoos is spectaculair. Met een aantal haarspeldbochten daal je af. Ondertussen zie je het landschap vanuit diverse ooghoeken. Gerustgesteld stellen we vast dat het niet zo is dat bij de grens met de US het landschap drastisch veranderd. Gelukkig maar!

Osoyoos is zo als ik al vertelde gezellig. Een fraai detail zijn de semi-antieke lantaarnpalen met hanging-baskets. Juist net als in Banff. De straat is hier als uit een western film, maar dan drukker. Je kunt echter de motorhome dwars op de rijrichting, nose in naar de stoep parkeren. Geen enkel probleem! De vakken zijn er op berekend.

En dan nu de Okanagan Valley in. Dit is van Osoyoos tot aan Vernon, British Columbia's vakantiegebied nr 1. Links en rechts van de weg staan fruitstalletjes. Bij een stalletje stoppen we en kopen voor een weeshuis aan vers fruit. De eigenaar en zijn familie zijn vriendelijk, maar toch komen wij er niet uit of het nu mensen van Indiaanse afkomst of toch meer van Mexicaanse afkomst zijn. Hun uiterlijk pleit voor de Indiaanse afkomst, alleen de taal die zij onderling spreken heeft voor ons een Spaanse klank. Volgende keer vraag ik het gewoon.

Een bord roept Okanagan Falls 5 km. Nou daar moeten we op af natuurlijk! Achteraf bleek dat het hier ging om een plaatsje met die naam en niet om een waterval, maar goed.

Na 5 km bevinden we ons op een brug in de weg. Rechts van ons een meer. Rechtuit gaat naar Kelowna. Blijft alleen nog linksaf over voor eventuele watervallen. Wij linksaf. Er staat een bord met iets over de Hawtorne Mountain Vineyards. Links van de weg zien we een installatie die op een Hollands gemaal lijkt bij een kunstmatige stroomversnelling in het riviertje. Als dit die watervallen zijn......... Weet je wat, we kunnen hier toch onmogelijk keren, laten we doorrijden naar die wijngaarden. Over een weg waaraan veel zomerhuisjes zijn gelegen en die per kilometer smaller wordt gaan we verder. Ineens houdt het dal op te bestaan! We moeten omhoog en wel snel en dus steil met flinke haarspelden. Passeren is hier niet mogelijk, zo dunkt ons. Nadat we de helling overwonnen hebben wordt de weg breder en tot onze verbijstering komt een betonauto ons tegemoet. Maar goed dat we die in die haarspeldbochten niet zijn tegengekomen.

Links van de weg zien we nu het bezoekerscentrum met wijnproef ruimte en verkooplokaal van de wijngaarden. We hebben geproefd en gekeurd en bescheiden ingekocht. Daarna zijn we via de route waarlangs we gekomen zijn weer teruggegaan. Dit vooral omdat de dames van de wijngaard ons geen betere route konden adviseren. Na vanaf Penticton langs de enorme oppervlakten van Okanagan Lake te hebben gereden komt de stedelijke agglomeratie van Kelowna in beeld. Als je zoals wij inmiddels al weer een poosje door het z.g. platte land hebt gereden, dan is Kelowna druk. Erg druk zelfs. Om de stad te bereiken moeten we geruime tijd in de file voor de brug over het meer wachten. Die brug is overigens de moeite van het bekijken waard. Het is een soort scheepjesbrug. De drie rijbanen worden afhankelijk van de spits in de een of in de andere richting gebruikt. De middelste strook is dus een wisselstrook. Kelowna is duidelijk het economisch hart van de Okanagan.

Wij vervolgen onze weg langs het meer in noordelijke richting. De weg ligt hier ingeklemd tussen meer en de bergwanden. We bekijken een paar campings. Ze bevallen ons niet, omdat je geparkeerd wordt tussen het meer met de bootsteigers en de weg. Ze zijn allemaal aangelegd met meer oog voor wat mogelijk en praktisch is, dan met het oog op het rustig vakantie houden. Normaal is om vanaf een dergelijk camping met je boot het meer te bevaren.

Gelukkig wordt het bij Oyama wat ruimer en ligt er een heuse aftakkende weg. Wij takken af en zien vrijwel onmiddellijk de camping met de fraaie naam “Tween the Lakes”. Daar willen we wel staan. Het lijkt er echter op dat het hek op slot zit. Maar na enig gerommel krijgt Kees het toch open. Bij het kantoortje staat op het bord: “Pick a place. I see you later”.

We staan riant met uitzicht op twee meren. Er is ook een speeltuintje. Buiten ons staan er wel wat motorhomes, maar die lijken er al lang te staan. Op dit moment zijn wij samen met eenden, eekhoorns en vogels de enige levenden.

‘s Avonds als het al donker is en wij aan de koffie zitten, klopt een mevrouw aan onze deur. Zij is de eigenaresse van de camping en komt onze bijdrage innen. Met die mevrouw nog even gesproken over bijzonderheden in de omgeving en zo.

Al met al een rustig dagje met mooi en warm weer. We kunnen er morgen weer tegen.

 

Vorige pagina - Inhoudsopgave - Home - Volgende bladzijde

© 2006 - Stef van Gasteren