Chetwynd - Hixon |
Daar de route van vandaag gelijk is aan de route van een paar dagen geleden, zijn we heel relaxed op stap gegaan. Het doel is om Prince George te bereiken, zodat we van daaruit morgen verder kunnen gaan. Weer zien we langs de weg die typisch moerasachtige gebiedjes. Ik vind dat heel bijzonder. Op bepaalde plekken lijkt het of de weg door het bos is aangelegd en dat men een bredere strook bomen heeft vrijgemaakt dan strikt noodzakelijk. Mogelijk is dat dan gedaan i.v.m. de bosbrandbestrijding. Mogelijk blijft op die vrije stroken meer water staan dan in de bossen. Voor ons is belangrijk dat wij regelmatig juist op de vochtige stroken langs de weg zwarte beren zien. En elke keer weer is dat een belevenis. Een zo groot roofdier, dat op zijn gemak, wie doet hem immers wat, wat loopt te grazen of iets anders loopt te doen zo dicht langs de weg. Als je stopt, merk je dat ze je wel gezien hebben, maar geen blik waardig vinden. Het wordt anders als je uit de auto komt. De Beer kijkt je kant eens op en als je niet te dichtbij bent, draait hij zich waardig om en loopt op zijn gemak het bos in. We stoppen op Pine Pass. Wij drinken koffie en laten de omgeving op ons inwerken. Het is nog vroeg en wij zijn hier een half uur lang de enigen. Dan klinkt op de helling het gegrom van een vrachtauto die naar boven klimt. Als in de verte een trekker met oplegger zichtbaar wordt en ik klaar sta om nu eens een grote Amerikaanse truck te fotograferen, blijkt het om een Volvo te gaan. Voor Canadezen natuurlijk best bijzonder, voor ons minder. In verband met het onverwachte toch maar een foto gemaakt. Voor we wegrijden beloven we elkaar nu goed op te letten, zodat we bij de op de heenweg gemiste waterval kunnen stoppen. Belofte maakt wel schuld, maar desondanks zijn we zo geanimeerd in gesprek, dat we er weer voorbij rijden. Na enige gemopper en nadat mijn voorstel te keren is verworpen, besluiten we dat je soms iets voor later moet bewaren. Bij Tudyah Lake de poort van een recreatiegebied ingereden. We rijden tot aan het water waar een kleine boothelling is. Als ik daar parkeer zien we dat achter ons een brandweerauto rijdt. Waar die vandaan is gekomen .......Joost mag het weten! De brandweerlieden kijken eens naar ons en rijden dan langzaam weer verder om uiteindelijk het terrein te verlaten. Wij genieten van een prettig zonnetje en een aangename temperatuur terwijl we over het overzichtelijke meer kijken. Het is echt een juweeltje dit meer. Blauw glanst het water in een omkadering van diverse tinten groen. Allerhande vogels verzorgen het concert. Onze lunch smaakt des te meer in deze ambiance. Na een hele poos pas vertrekken wij weer. De hele tijd met uitzondering van die brandweermannen geen mens gezien. Al een poosje rijden we weer langs het spoor. Je zou verwachten eindelijk weer eens een trein te zien. Prachtig verzorgde sporen maar vooral ook heel erg leeg. Na een half uurtje blijkt wat de reden van dit alles is. Gele rail onderhoud machines zijn met het spoor bezig. Je moet natuurlijk een keer je spoorweg onderhouden. Gonda vraagt of ik deze machines ook treinen vind. Bij bevestigend antwoord mijnerzijds begint zij gelijk de apparaten te fotograferen. Het zijn nog leuke foto's geworden ook!. Even verderop kunnen we een spoorwegovergangetje over, naar een plek waar wat wagons staan. Weg af spoor over, parkeren en sfeer snuiven. Toevallig zien wij nu ook dat er wat aan die rails moet gebeuren. Er liggen zomaar een aantal oude zeer roestige spoornagels in het zand. Ik steel er twee, één voor René van wie ik weet dat hij dit leuk zal vinden en één voor mijn eigen verzameling. Gebrom uit de verte blijkt van een vrachtauto, dus gaan we weer verder. Omdat om drie uur ‘s middags Prince George al in zicht komt, besluiten we over Highway 97, die hier Cariboo Highway heet, verder te rijden in de richting van Quesnel. In een van onze gidsjes vinden we dat in het plaatsje Hixon een aardige camping moet zijn. Koers zetten naar Hixon dus. Over een hele goede weg is ook Hixon snel genoeg bereikt. Op weg naar de in het boekje gevonden camping, passeren we een andere die er wel erg mooi bij ligt. Daar de geplande camping ook nog eens tegenviel, zijn we terug gereden naar Canyon Creek Campground eveneens te Hixon. De manager ziet ons komen en springt op de fiets waarmee hij ons voorgaat naar een plek voor vannacht. Dit is wel een zeer fraaie camping zeg. Heel ruime plaatsen, waarbij het motorhome op het gras staat voor een met hagen afgezet soort tuintje, dat bij die plaats hoort, waar je beschut kunt zonnen en barbecuen. De manager wijst de toiletgebouwen, de wasserette en als hij ons helpt de voorzieningen aan te sluiten, vertelt hij dat er op de camping een trail is uitgezet langs de Fraser river. Toch een wandeling van een half uur. Wij zijn op dit moment de enigen op deze camping. De manager vraagt naar onze plannen. Als wij hem vertellen morgen naar Barkerville te willen, zegt hij dat hij hoopt dat de sneeuw daar inmiddels is geruimd. Wij lopen de trail en vinden het heerlijk. Zonnetje op de bol, het ruisen van het water en de sporen van dieren op de grond. Als we weer bij het motorhome zijn, zien we dat nog een camper is gearriveerd. De vele plaatsen voor tenten zullen zo vroeg in het jaar wel niet worden gebruikt. Het zal blijken dat wij samen met die andere camper de enige gasten blijven. Wij besluiten te barbecuen. We grillen op het houtvuur in de vuurkorf. Een plotseling opgekomen onweer, maakt wel veel kabaal maar mag de pret niet drukken. Deze camping is dus een aanrader. Uit het boekje van Maca lees ik dat we vandaag 4 Zwarte beren en een Haas hebben gezien.
|
Vorige pagina - Inhoudsopgave - Home - Volgende bladzijde © 2006 - Stef van Gasteren |