Cache Creek - Albert Canyon Hot Springs

Weer worden we gewekt door regen, het lijkt wel of nu we weer in Canada zijn de zon erg veel moeite heeft om te schijnen. Het is wel zo dat je door dit weer een stuk rustiger gaat reizen. Je hebt even geen haast om de volgende in de zon badende berg te bekijken. Er ontbreekt, door die node te missen zonneschijn, de nodige glans aan het landschap. Na het ontbijt is het wel weer droog, maar de gehele dag worden we geplaagd door dikke pakken wolken en zo af en toe een bui. Op weg naar Kamloops over de Trans Canada Highway, eerst doorkruisen we de vallei waardoor de Fraser river stroomt. In eerdere beschrijvingen is hier sprake van een woestijnachtig uiterlijk, nu is het hier somber, koud en er staat een harde wind. Als we even op een ons bekend uitzichtspunt stoppen, dan heerst daar een onaangenaam klimaat. Het blijft frappant hoe door het ontbreken van zonneschijn een landschap een totaal andere indruk kan geven, dan met die kostbare zon. Bij Savona en langs Kamloops Lake worden we vergast op buien met natte sneeuw! Het is vandaag 12 juni !

In Kamloops het bedrijventerrein opgereden om wat boodschappen te doen en om te tanken. Als ik denk om via de hier aanwezige parallelweg van de TCH vlot van het ene naar het andere bedrijventerrein te rijden, dan blijkt dat zelfs in Canada het fenomeen bussluis zijn intrede heeft gedaan. Nu is dat hier meer een trucksluis en is de werking tegengesteld aan die bij ons. Is een bussluis bij ons bedoeld personenauto's de doorgang te verhinderen, die bij Kamloops was bedoeld om personenauto's wel, maar grotere voertuigen niet door te laten. Moest ik toch nog een heel eind achteruit rijden om weer verder te kunnen. Ook wel weer eens spannend zo'n ervaring.

Van Kamloops rijden we naar Revelstoke, daar we de Hwy 1 volgen, komen we door het gebied met de Shushwap meren. Salmon Arm en Sicamous zijn hier bekende plaatsen. Vooral de laatste plaats bent u al eerder in mijn beschrijvingen tegen gekomen. Het moet hier echt heel mooi zijn. In 1999 hebben we er ook wel wat van gezien, maar vandaag ligt over het hele gebied niet alleen een grauwsluier, het hoost er ook nog eens van de regen.

Als we links van de weg een grote tent waar fruit verkocht wordt zien met daar tegenover een restaurant, besluiten we appels te kopen en even te lunchen. Het restaurant blijkt nog gesloten, maar de fruittent is open en ook daar verkopen ze hamburgers etc. We bestellen onze lunch en terwijl we daarop wachten hebben we een praatje met de dochter van de eigenaren. Zij vertelt ons dat dit het derde slechte seizoen is. Hoewel de zaak van haar ouders al 25 jaar bestaat, zal als het seizoen niet rap beter wordt, dit seizoen waarschijnlijk wel het laatste zijn hier. Er wordt geen droog brood verdiend. Zij vertelt ook over betere tijden. Zo is zij ook als tiener in Amsterdam geweest. Wat haar toen erg opviel was de haardracht van de politieagenten. Zij vergelijkt dat, met de aan haar broer die RCMP is, voorgeschreven haardracht. We stellen vast dat er best wel cultuurverschillen zijn tussen onze beide landen.

Hoewel ons gesprek in deze desolate omgeving wat somber begonnen is eindigen we, terwijl we vrolijk lachen, ons gesprek over wat ditjes en datjes. Wij vonden het leuk even wat te praten over het leven hier en zij had ook even een moment wat anders aan haar hoofd dan de werkelijkheid van alle dag.

De weg wringt zich door de Monashee Mountains en nadat we nog een mooie opname van een CP rail trein hebben kunnen maken, passeren we voor de zoveelste keer in ons leven de Three Valley Gap. Ook deze keer hebben we de verleiding kunnen weerstaan. We zijn het erover eens dat het er toch wel echt erg gemaakt uit ziet. Ik ben bang dat als je de moeite zou nemen om er te stoppen en wat rond te kijken, het allemaal wel mee zal vallen, maar dat is dan vooral te danken aan de kunst van het entertainen, die hier in deze streken is uitgevonden. De essentie van die kunst is dat je op knappe wijze van iets dat eigenlijk niets is toch weer iets maakt. Of zo.

In Revelstoke bezoeken we de dam. Deze keer zijn we op tijd en parkeren we in een rij met andere motorhomes aan de voet van de dam, praktisch voor de deur van het visitor centre.

De primaire functie van deze dam moge dan het opwekken van elektriciteit zijn, het dienen als voorlichtingscentrum komt dan toch zeker direct daarna. Je wordt ontvangen door een paar fraai uitgedoste dames achter de balie. Nadat is vastgesteld welke van de voorhanden zijnde talen door jou worden begrepen en verstaan krijg je een telefoon, waarmee je zelf je rondleiding kunt doen. Er is een soort route uitgezet langs fotopanelen en andere exposities. Bij elk interessant punt begint die telefoon tegen je te praten en verneem je allerlei interessante gegevens. De tour brengt je om te beginnen met een lift naar een soort kraaiennest boven op de dam. Van hieruit kan je ver over de watervlakte aan de ene zijde en over het dal aan de andere zijde kijken. De telefoon heeft ook hier veel te melden. Eenmaal weer beneden wordt je langs de controlekamers en de generatorhal gevoerd. Alles is keurig verzorgd en voor een ieder is er wel wat van interesse. Gezien de bezoekersaantallen die hier vooral in de zomer worden verwerkt is dat systeem met die telefoons een goede oplossing, al vinden we de persoonlijke aanpak zoals we ooit in Hudson's Hope bij de W.A.C. Bennetdam mochten ervaren toch leuker.

Al met al ben je hier in de Revelstoke dam wel even zoet, want er is veel te zien. Wat mij erg boeide was een maquette waarop het hele Columbia River systeem met alle stuwdammen is weergegeven. Je ziet dan de grotere samenhang tussen al die stuwmeren, dammen en rivier gedeelten. Tevens komt de complexiteit eens duidelijk in beeld.

We rijden om Revelstoke zelf heen, voor het Railway Museum is het te laat geworden, en laten ook Revelstoke National Park letterlijk links liggen. De fraaie alpenweiden en dito vergezichten die het Nationale park biedt, komen vandaag toch niet uit de verf. Na nog even overwogen te hebben om op de KOA-camping in Revelstoke te overnachten, besluiten we toch nog even door te rijden en wel naar Canyon Hot Springs Resort. Naast een prachtig gelegen camping treffen we hier ook de inmiddels door ons zo gewaardeerde hete baden aan.

We parkeren met de kont naar een beekje en noteren de aanwezigheid van de spoorlijn. We gaan zwemmen in de hete minerale baden. Voor de andere aangeboden activiteiten, zoals Heli skiën, wildwater raften en paardrijden, hebben we even geen belangstelling. Terwijl we naar de baden lopen zijn we wel op onze qui-vive, omdat we bij de receptie nadrukkelijk zijn gewezen op het grote aantal beren dat ook op en naast de camping huist.

Er zijn twee baden een van 32 ° Celsius en een van 42 ° Celsius. Terwijl we in de heetste liggen te weken, breken af en toe de wolken en wordt ons kort tussen de buitjes door een blik gegund op de hoge en ongenaakbare toppen van de bergen in Glacier National Park. Jammer dat het fototoestel in de RV ligt. Het is sowieso, maar af en toe mogelijk hier de toppen te zien.

We zijn lang in de baden gebleven.

Terug in het motorhome hebben we zitten loeren naar beren, maar in tegenstelling tot de treinen, laten de beren zich, mooi niet zien. In tegenstelling tot onze dochter heb ik heerlijk geslapen, met de warmte van het bad in de botten en de slaapliedjes die de treinen voor ons zingen. Dat laatste heeft er voor gezorgd dat zij de hele nacht wakker is gebleven! Of zou ze stiekem bang zijn geweest voor die niet verschenen beren?

 

Vorige pagina - Inhoudsopgave - Home - Volgende bladzijde

© 2006 - Stef van Gasteren